De vele mogelijkheden van Olga Pashchenko
Gehoord 13 dec t /m 16 dec. in Amsterdam.
Door Suus Blanke
In het midden van december 2023 speelden twee van origine uit Rusland afkomstige pianisten voor verschillende organisaties in Amsterdam, waaronder Winteravonden aan de Amstel. De één nog virtuoser dan de ander en ik zou niet weten wie de meeste toetsen heeft aangeslagen.
Rusland in het Muziekgebouw
Eén van de twee pianistes was Olga Pashchenko. Behalve moderne piano, bespeelt zij bijna alle instrumenten die toetsen hebben, zoals fortepiano en klavecimbel.
Op 13 december 2023 trad zij samen op met Alexei Volodin in het Muziekgebouw. Er klonken werken van Russische componisten. Het concert was in samenwerking met Winteravonden aan de Amstel, georganiseerd door Anna Azernikova. Het was een goed idee het Muziekgebouw in te schakelen qua hoeveelheid bezoekers, want de zaal was heel goed bezet. Het publiek zou zeker niet in de kerkzaal van het H ‘Art musem hebben gepast. Al was het wel jammer de knusse zaal te moeten missen en met de tocht naar een concertzaal ook een beetje het Festivalgevoel te moeten loslaten. Beide pianisten speelden de twee Pianosuites van Rachmaninoff, (1873-1943) voor twee piano’s. Daartussen speelde beiden een solo en een werk voor twee piano’s van jongere tijdgenoot en boezemvriend van Rachmaninoff; Nicholai Medtner (1880-1951). Zijn (virtuose) muziek viel minder bij het publiek in de smaak, dan die van Rachmaninoff, waardoor de componist bijna is vergeten. Tegenwoordig wordt hij vaker geprogrammeerd. Zijn werk voor twee piano’s klonk veel meer ouderwets (met o.a. verdubbelde akkoorden) en uit de periode van de romantiek, dan de twee veel bekendere suites van zijn oudere collega. Deze waren voor de luisteraar veel diverser en interessanter om naar te luisteren. Dat lag niet aan de pianisten. Beiden zijn zeer virtuoos, bevlogen en deskundig. Voor de pauze speelde Pashchenko de Pianosonate in g opus 22 (1900-1901) van Medtner, na de pauze speelden Volodin Petit Suite van Aleksandr Borodin (1833-1887). Geweldig om deze bijna nooit geprogrammeerde werken te horen. Al werd het de luisteraar niet makkelijk gemaakt.
Napoleon in Het Veem.
Twee dagen later speelde Pashchenko in gebouw Het Veem, dat behoorlijk ver van de Amstel ligt. De rede dat dit concert van Winteravonden aan de Amstel hier werd gehouden was waarschijnlijk de vleugel waarop Olga speelde. Het was de kopie van de Weense vleugel Joseph Böhm door meubelmaker Antonio Romeu (constructie van de kast) en Jan van Sangen (klaviermechaniek). De laatste heeft zijn atelier in Het Veem. Het bijzondere van deze vleugel is, dat hij maar liefst 7 pedalen heeft. En daar wist Pashchenko heel goed gebruik van te maken.
Deze avond werkte ze samen met Jedidiah Wentz, die het romantische spoken word uit de kast heeft gehaald. Het huidige spoken word is heel erg ritmisch, terwijl de romantische voorloper veel melodieuzer en poëtischer is. Zelf vond ik het jammer dat Wentz de avond vooral in het Engels deed, omdat er een aantal buitenlanders in de zaal zaten. Het publiek was voornamelijk op leeftijd en bij sommige bezoekers zag ik een spijtig en teleurgesteld gezicht. Te meer omdat het oud Nederlands ook al niet makkelijk te volgen is. Mijn bewondering gaat uit naar de van geboorte Amerikaan die zich dit allemaal eigen heeft gemaakt. Toch heb ik acteurs gehoord, die deze wijze van declamatie zo goed beheerste, dat het eigenlijk niet meer uitmaakte welke taal ze spraken.
Het programma ging over het leven van Napoleon, mooi geïllustreerd en ondersteund met pianomuziek van Ludwig van Beethoven (1770-1827), Jan Ladislav Dussek 1760-1812) en Daniel Gottlieb Streibelt (1765-1823). Dussek woonde en werkte in heel Europa. Hij is wat meer bekend door de eerste programmatische muziek die hij voor de piano schreef. Zodoende ontstond de sonate opus 23 over het leven van Marie Antoinette (vrouw van Lodewijk XVI, koningin van Frankrijk) en haar onthoofding onder de guillotine, verbeeld door een lange glissando over het gehele toetsenbord van de piano. Later schreef hij een Sonate opus 61over de zeer goede pianist Prins Louis Ferdinand van Pruisen. Deze overleed n.a.v. een shot van een geweer, die ook muzikaal in de sonate is verwerkt
Deze gebeurtenissen speelden allemaal af in de Napoleontische tijd. Napoleon zelf reisde zelf in 1811 naar Amsterdam. Als fervent liefhebber van kunst en theater, bezocht hij de Amsterdamse Schouwburg. Onder de indruk van het spel van de acteurs, schonk hij een groot geldbedrag voor de hoofdrol van Johanna Wattier in het toneelstuk Phèdre van Jean Racines (1639-1699). Als eerbetoon vertolkte Wentz een deel hieruit in de oorspronkelijke Nederlandse vertaling. Door Pashchenko kunstig begeleidt met pianomuziek van Muzio Clementi (1752-1832) en J.L. Dussek.
Na de pauze klonk muziek van Beethoven en de tekst Ode to Napoleon Bonaparte van Lord Byron (1788-1824). Wentz las de tekst voor van een IPad. Een prachtig groot boek op een mooie houten muziekstandaard had zeker bijgedragen aan de mogelijkheid ons te verplaatsen in de tijd van de Verlichting en de Franse Revolutie.
De verbinding met Rusland was natuurlijk dat Napoleon met zijn mars naar Moskou, zijn strijd verloren heeft. Deze werd verklankt door Pashchenko met de Grand Fantasia The Conflagration of Moscow. Een werk dat leek te beginnen als een eenvoudige sonate, maar zeer virtuoos eindigde, met alle effecten van de zeven pedalen. Het best hoorbaar was de zevende: De bel!
Volksliedjes op fluit en fortepiano in de Amstelkerk
De middag na de Franse Revolutie speelde Olga Pashchenko in de Amstelkerk in plaats van in de geplande Noorderkerk, die niet verwarmd kon worden. In dit door de Stichting Noorderkerkconcerten georganiseerde programma bespeelde Paschenko een naar mijn smaak nog mooier instrument uit het Geelvinck Museum. Gebouwd in 1836 door Conrad Graf. Hij heeft dit instrument geheel uit hout gebouwd geconstrueerd met als resultaat een prachtige warme klank. Deze fortepiano heeft slechts vier pedalen!
Paschenko begeleide Anna Besson, die speelde op een kopie van een fluit rond 1800. Het was geen traverso, maar een houten fluit waarbij het kleppensysteem in ontwikkeling was. De twee speelden werken van hun cd die ze een aantal jaar geleden hebben opgenomen. De presentatie van de cd is beschreven door De Nieuwe Muze. Een beetje jammer. Maar ook weer niet zo erg, omdat er nauwelijks nog een fluitrecital plaatsvindt. De kerk was dan ook goed bezet.
Wat bijna niemand weet is dat Beethoven bewerkingen op volksliedjes heeft gemaakt, bedoeld voor welgestelde amateurs. Maar Beethoven zou Beethoven niet zijn om zich niet aan deze afspraak te houden, de composities daarom wat eenvoudig te schrijven. Hij maakte gebruik van de toen populaire variatietechnieken, waardoor de werken zeer virtuoos werden. Iets wat aan Paschenko en Besson wel is besteed. Beethoven werd geflankeerd door alleen het tweede deel (variaties op een Zweeds volklied) uit de Grand sonata opus 83 van Friedrich Kuhlau (1786-1832). Beethoven werd onderbroken door een fluitsolo van de Frans / Belgische fluitist en componist Eugène Walkiers (1770-1827). De muziek was bedoeld als een variatie op volksmuziek uit de Auvergne, die op een soort doedelzaak werd gespeeld. Tot slot klonk Fantasie Pastorale Hongroise opus 26 van Franz Doppler (1821-1883). Het modernste werk van deze middag, met veel temperament.
Zowel Pashchenko als Besson beheersen zowel hun instrument uitstekend op zowel oude als een nieuwe versies. Het was een genot om die twee te beluisteren tijdens dit originele programma. Voor wie het gemist heeft, kan alsnog de cd aanschaffen.
Suus Blanke
INFO:
Uitgebreide recensie over de fortepiano’s van Museum Geelvinck en de cd-presentatie Variations on Folk songs door Wenneke Savenije van De Nieuw Muze:
De promotie van de cd op You tube:
Luister naar Melodrama’s door Jedidiah Wentz begeleidt door Artem Belogurov op fortepiano.
https://jedwentz.com/melodrama-texts/