In de Ban van Harry Bannink – Een feest van herkenning in het Oosten van het Land

Door Suus Blanke

 

 

 

Het is het eindpunt van de trein,

bijna geen mens hoeft er te zijn, 

bijna geen hond gaat zover mee,

Enschede.

Dit is een tekst van de in Enschede geboren Willem Wilmink (1936-2003).

De eveneens in Enschede geboren Harry Bannink (1929-1999) schreef er muziek onder.

Je kunt ze niet echt een gouden duo noemen, omdat ze ook zeer succesvol met velen anderen samenwerkten. Dat deden ze overigens in het Westen van ons land. Maar de stad Enschede mag met recht trots zijn op deze voormalige inwoners. Dat vierden ze in juni 2023 met een weekend ‘In de ban van Bannink’, in samenwerking met het Phion.

 

 

 

Daarom reisde ik per trein af naar het Wilminktheater en Muziekcentrum in de Harry Banninkstraat, dat zich heel dicht bij het station bevindt. Daar staat sinds 2008 een beeldje, gemaakt door de Amsterdammer Don Englander, als eerbetoon aan deze twee, afkomstig uit Enschede.

Voor aanvang van het concert vond er een Talkshow plaats. Deze werd gehouden door Jesper Schaap en Frank Rensen. Zij hadden tien jaar geleden het plan opgevat een boek te schrijven over de carrière en liedjes van Harry Bannink. Het bleek een huzarenklus. Na jaren, met behulp van de achter gebleven familie in de archieven te hebben gezeten, hopen ze eind 2025 met het boek te komen. Dat zal worden uitgegeven bij Nijgh & van Ditmar. Iets waar wij ons op kunnen verheugen!

Ze werden tijdens de Talkshow bijgestaan door de blinde pianist Bert van den Brink, die zich ook hier, ondanks zijn handicap, als een vis in het water voelde. Hij was in dit gezelschap de enige die Bannink ooit de hand heeft geschud. Daarbij kon hij alleen maar zeggen: ‘Dank je wel…….’

 

 

 

 

We gingen door het muzikale leven van Harry Bannink heen. Omdat Enschede zich vlak bij de Duitse grens bevindt, is het logisch dat Harry tijdens zijn jeugd veel Duitse liedjes hoorde. Maar ook met het Franse chanson was hij bekend. Tijdens WOII kwam hij in aanraking met de jazz en blues. Het waren dus vooral de lichte amusements- en dansmuziek waarmee hij opgroeide. Verder kreeg hij pianoles van Martin Kaptein, waar hij kennis maakte met Chopin en Debussy. Volgens Bert van den Brink is het Debussy, die veel invloed heeft gehad op Bannink. Vooral vanwege het doorbreken van verwachtingspatronen in de muziek en het plotseling gebruik maken van andere klankkleuren.

Harry vertrok vanuit Enschede naar Den Haag, waar hij klassiek piano en compositie studeerde bij Kees van Baren. Zijn docent zou gezegd hebben: ‘Die lichte muziek ligt jou wel. Maar haal eerst je Bul.’ En dat deed Bannink in 1953.  Harry speelde in verschillende bandjes en gaf pianoles. Maar zijn grote doorbraak kwam bij de omroep. Een bevriende zangeres ging daar auditie doen en vroeg hem als begeleider. Het eind van het liedje was dat Bannink werd aangenomen, maar zij niet……..

 

 

 

 

In die jaren had de omroep veel geld voor eigen orkesten en ensembles die de muziek bij de uitzendingen verzorgde. Bannink kreeg in 1956 een vaste baan als begeleider en componist bij de KRO-radio. Hij viel op door de charmante melodieën, die hij componeerde. Hij viel ook op bij Conny Stuart, die hem in contact bracht met Annie M.G. Schmidt en Wim Sonneveld.

Harry speelde 500 keer met veel plezier de one man-show van Sonneveld, waarvoor hij op verzoek ook teksten op muziek zette. Zo ontstonden de onvergetelijke Tearoom Tango, Zeg maar ja tegen het leven (tekst: Michel van der Plas) en Nikkelen Nelis (tekst: Friso Wiegersma). Maar zijn bekendheid bij een groot publiek ontstond bij de eerste musical (1965) die hij met Annie M.G. Schmidt maakte: Heerlijk duurt het langst, waarna er nog zes volgden. Vanaf 1966 schreef dit duo de ene na de andere hit voor Ja zuster, nee zuster.

In de loop van de jaren tachtig raakte de rol voor de omroep als bakermat voor nieuwe liedjes uitgespeeld. Zo schreef Bannink aan het einde van zijn leven alleen nog voor de programma’s Sesamstraat en Het Klokhuis. Zijn laatst geschreven liedje is Stormvloed Kering (tekst: Rob Crispijn), behorend bij een programma over de Deltawerken. Het kan niet méér Nederlands!

 

 

 

 

De vraag wat de liedjes van Harry Bannink zo bijzonder maakt, blijft helaas onbeantwoord. Zeker is dat de muziek staat als een huis. Dat geldt ook voor de tekst. Onafhankelijk van elkaar zijn ze ook heel erg goed. Zijn muziek is vaak ontroerend en illustreert herkenbaar de thema’s. Zo is het ‘wah-wah’ van het gestopte trompetje in Op een mooie pinksterdag, een onderdeel van de tekst geworden, die je mee zou kunnen zingen. Bannink gebruikte klassieke en jazzy thema’s die hij ingenieus tot een eenheid wist te smeden met zijn eigen melodieën.  Hij hield zich ook niet aan de muziektheorie, die hij bij van Baren had geleerd. Maar wanneer je zijn werk volgens de regels zou verbeteren, klinkt het meteen niet meer zo leuk. Dus moeten we er volgens Bert van den Brink met onze vingers vanaf blijven, omdat Harry er wel degelijk goed over heeft nagedacht.

Waar Bannink ook een meester in was, waren de grillige sprongen in het metrum van de tekst van muziek te voorzien. Door de ritmische onregelmatigheden, kwam hij tot de beste muzikale oplossingen. Zo citeerde Henk van Gelder Bannink in de programmatoelichting: ‘Ik heb er zekere handigheid in gekregen om, als een klemtoon niet helemaal goed zit, bijvoorbeeld een nootje weg te laten, zodat ‘t toch weer klopt. In dat soort puzzelwerk heb ik altijd veel aardigheid gehad.’

Maar liefst 3000 liedjes heeft Harry Bannink op muziek gezet. Daar kunnen dus heel veel avonden mee gevuld worden. De avond in Enschede begon met een heerlijke orkestrale compilatie van bekende liedjes, al eerder geschreven en bewerkt door Bob Zimmerman. Het was een feest van herkenning, met jubelend koper van het Phion onder leiding van Enrico Delamboye. Een in Duitsland geboren Nederlandse dirigent, die vooral in Duitsland opera’s heeft gedirigeerd. Dus hij weet wel raad met zangers.

 

 

 

 

De eerste zangeres die op kwam was Maartje van de Wetering. Nou ja, zangeres…… Maartje heeft de Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie gedaan. Vervolgens heeft ze bij verschillende gezelschappen op het toneel gestaan en in heel veel (televisie) films gespeeld. Haar muzikale aspiraties heeft ze getoond bij het televisieprogramma Maestro, waar ze in 2017 de Gouden Baton wist te winnen. Haar zang was zo slecht nog niet. Een beetje gepolijst en te mooi. Wel zette ze overal te laag in, maar trok dat snel bij.

 

 

 

 

Vervolgens kwam Thomas Oliemans het podium op. Hij is wel een fantastische charmante alleskunner met een degelijke zangopleiding. Van opera-, tot liedzanger, waarbij hij zichzelf ook nog eens heel verdienstelijk op de piano begeleidt. Dat deed hij ook vaak bij dit concert, soms in samenspraak met het orkest. Op andere momenten speelde Bert van den Brink piano, die in Utrecht een klassiek opleiding heeft genoten bij Herman Uhlhorn. Nadat hij Cum Laude was afgestudeerd speelde hij heel veel jazz en doceerde daar ook in. Samen met Thomas Oliemans nam hij Schuberts Winterreise op. Bij dit concert speelde van den Brink ook accordeon. Daarvoor moest hij bewonderenswaardig, steeds op de tast, van pianobank wisselen.

 

 

 

 

Als laatste kwam de echte Diva van de avond op: Loes Luca. Qua type en persoonlijkheid ís zij de tekst die Harry Bannink op muziek heeft gezet. Net als Maartje van de Wetering heeft ook zij alleen een drama opleiding. Die heeft zij aan de Kunstacademie te Utrecht gevolgd. Dat was aan haar zangtechniek te horen. Maar alle valse noten en technische fouten deren niet bij Loes. Je hangt als publiek aan haar lippen, vanwege haar geweldige voordracht. Wanneer de inmiddels 70-jarige Luca dit niet meer kan, zal mét haar een tijdperk verdwijnen.

In het programmaboekje stond niets van het programma aangekondigd. Dus de hele avond was één grote verrassing. Op het toneel stond een gezellige rode bank naast de vleugel. Daarachter stond de dirigent met het orkest. In groepjes stonden de beroemde Lotek Lampen van Benno Premsela op het podium opgesteld.’ Lekker Hollands’ zou je zeggen. Al zaten we in het Oosten van Nederland. Al naar gelang het lied, veranderde het licht van kleur in de lampen. Een grappig theatraal effect.

 

 

 

 

Na de pauze begon het Phion met een nieuwe Orkest Suite met muziek van Bannink, gebaseerd op de film van Albert van Duren: Een dubbeltje te weini‘ uit 1991. De première vond plaats op 16 juni 2023. Het was heerlijk swingende muziek met duidelijke drums en een beeldschone melodie voor de fluit. Er volgde ook nog een spannende accordeon solo voor Bert van den Brink.

Maartje van de Wetering had tot nu toe de lieve liedjes gezongen, maar kon meer power laten horen in De strijkers en de blazers, waarbij ze ook het orkest en de dirigent liet zingen, terwijl ze zelf het dirigeerstokje overnam. Zij is de enige van het gezelschap die Harry Bannink nooit heeft gekend. Graag was ze eerder geboren om Conny Stuart te zien optreden en horen zingen. Het door Stuart vertolkte Wiegenlied en Temperament zong van de Wetering tijdens deze avond.

Loes Luca heeft heel veel met Bannink samengewerkt en kende hem als een zeer lieve, zachtaardige man. De enige keer dat ze hem heeft horen vloeken was, terwijl hij een cassettebandje inspeelde en inzong, werd opgebeld. Deze opnames maakte hij voor de zangers als hulpmiddel bij het instuderen.

Thomas Oliemans heeft hem als jonge fan opgebeld (omdat hij gewoon in het telefoonboek stond), om veel van deze man te kunnen leren. En dat kon hij deze avond laten horen. Bijvoorbeeld De orgelman ( Klokhuis) naast een heus draaiorgeltje, inclusief steekkaart, bedient door dirigent Delamboye. Ook een heel Hollands/ Nederlands fenomeen. Of Onder de appelboom van Rutger Kopland. Het enige liedje waarvan Bannink zelf de tekst heeft gekozen om op muziek te zetten. Ook begeleide Thomas zichzelf heel kundig in een jazzy Beton, beton. Het was bijna niet te geloven dat hij net uit New York kwam gevlogen, waar hij bij de Metropolitan Opera (de afgelopen meimaand) de rol Van Papageno in Die Zauberflöte heeft gezongen. Dezelfde productie komt in december 2023 bij De Nederlandse Opera, waar hij dezelfde rol zal zingen.

Het gezelschap zong ook werken voor trio zoals Hendrik Haan, of duo’s zoals Vluchten kan niet meer….(tekst: A.M.G. Schmidt). Helaas liep het concert uit, en moest ik wel proberen, zo onopvallend mogelijk, de zaal uit te vluchten. Want de laatste trein naar het verre Westen stond te wachten. Heel jammer. Waarschijnlijk heb ik daardoor het klapstuk gemist.

Het is te hopen dat het Phion de kans krijgt wat reislustiger te worden, zodat meerdere inwoners van dit land de mogelijkheid krijgen, dit vrolijke, niet altijd even luchtige, maar feestelijke programma, mee te kunnen maken. Misschien een goed idee wanneer het boek over Harry Bannink, van Jesper Schaap en Frank Rensen in 2025 uitkomt.

 

Suus Blanke

 

 

 

 

 

Info:

https://www.phion.nl

Video’s:

De Orgeldraaier over Harry Bannink:

https://www.youtube.com/watch?v=EyP3Eccx16Q&list=PLPxNMcvl-17EEDYXIjR6b-XkCX4T0tcKz&index=2

Een documentaire over Harry Bannink:

https://www.youtube.com/watch?v=epQna3apwoU&list=PLPxNMcvl-17EEDYXIjR6b-XkCX4T0tcKz&index=1

Loes Luca zingt: Zeur niet:

https://www.youtube.com/watch?v=hYNlsKIWZ_g&list=PLPxNMcvl-17EEDYXIjR6b-XkCX4T0tcKz&index=10

Het laatste liedje geschreven door Harry Bannink ‘Stomvloedkering’ gezongen door Thomas Oliemans:

https://www.youtube.com/watch?v=z2IWbjMKL4I&list=PLPxNMcvl-17EEDYXIjR6b-XkCX4T0tcKz&index=3

Maartje van de Wetering wint Maestro:

https://www.youtube.com/watch?v=yJOarU5VoVU&list=PLPxNMcvl-17EEDYXIjR6b-XkCX4T0tcKz&index=12

You May Also Like

Katia en Marielle Labeque in magische en holle muziek

Napels – Elektra verzuipt in trage tempi

  Nikola Meeuwsen benadert Mendelssohn als fijnzinnige kamermuziek

Wereldpremière Techno IV – Concert voor Piano en Orkest van Karen Tanaka