Instrumentale liefdesduetten
Er zijn aardige duetten voor viool en altviool geschreven, maar uitvoeringen ervan op het concertpodium zijn schaars. Ze worden vooral gespeeld door enthousiaste amateurs, die wel eens wat anders willen uitproberen dan een strijkkwartet of strijktrio. Bijkomend probleem is dat de violist doorgaans virtuozer speelt dan de altviolist, zodat de lol er snel vanaf gaat omdat het meestal niet lukt een gelijkwaardige dialoog te voeren, laat staan de juiste balans tussen beide stemmen te vinden. Zodoende zijn ook de opnames in dit genre op de vingers van een hand te tellen, al speelden Igor en David Oistrach in de zestiger jaren graag Mozart-duo’s voor viool en altviool en leverden o.a. Isabella Faust en Thomas Rieble in 2016 een waardevolle bijdrage met hun album Duets for violin and viola van Alessandro Rolla.
En nu steken violiste Sarah Kapustin en altviolist Roeland Jagers hun nek uit op het label Navis Classics met uitstekend gespeelde duetten die zo’n beetje de complete Westerse muziekgeschiedenis belichten. Ze beginnen met vier loepzuiver en stemmig vertolkte Canons van Josquin des Prez (1450/55-1521), eensgezind en in gelijke cadans, alsof ze hand in hand door een kloostergang dwalen. Dan volgt het enerverend vertolkte driedelige Duo nr. 2 van Bohuslav Martinu, gecomponeerd vlak nadat de componist een bijna fatale val van een balkon had gemaakt in een kasteel in Massachusetts, waar hij ook zijn zes symfonieën componeerde. De muziek druipt van de herwonnen levenslust en uit elke passage blijkt dat Martinu zelf ook violist was. Hij daagt beide strijkers uit tot virtuoos en avontuurlijk samenspel en dat gaat Kapustin en Jagers moeiteloos af. Ze dartelen samen door de wilde notentuin van Martinu als twee geliefden die samen zingen, stoeien, kibbelen en beminnen. Bij wijze van contrast volgen twee diepzinnige Canons uit Bachs Kunst der Fuge, de eerste ingetogen en sereen, de tweede dansend en bijna jubelend ter ere van God.
Met Mozarts Duo KV 424 doet het hemellicht zijn intrede: zo puur en speels zouden de engelen daarboven zich kunnen vermaken op hun vedels. Kapustin en Jagers vertolken Mozart met de verfijnde klank en sprankelende lichtvoetigheid waar zijn muziek om vraagt. Dan gaat het duo weer terug in de tijd met twee Cantiones van Orlando di Lasso, glashelder gearticuleerd in een quasi-authentieke stijl met weinig vibrato, maar gelukkig ook zonder gesnerp en buiktonen. Van de Oostenrijkse componist Ernst Toch (1887-1964) zullen weinig mensen hebben gehoord. Hij schreef een virtuoos stuk voor viool en altviool: Divertimento op. 37, waarin bruisende hoekdelen een melancholiek middendeel omarmen. Opnieuw weten Kapustin en Jagers de juiste toon te treffen en elkaar te stimuleren tot optimale muzikale flexibiliteit en instrumentale souplesse. Tot besluit vallen beide strijkers elkaar symbolisch in de armen in twee uitzonderlijk sfeervolle duo’s uit 1982 van Joey Roukens.
Wenneke Savenije
NC20011 www.navisclassics.com