Cello Biënnale 2022: The Cello Moves
Gehoord: concerten & masterclasses van 20 t/m 27 oktober
Vervolg: 28-29 oktober. Muziekgebouw aan ’t IJ, Amsterdam
Nog voor de 9e editie van de Cello Biënnale in het Muziekgebouw als een dansende, ronkende, zingende en bonkende trein begon te rijden, ging op 22 september j.l. in Film Museum Eye de in opdracht van het festival gemaakte cellofilm United we Stand (Music in Times of War) in première, een indringend documentaire over de in Nederland wonende Russische celliste Maya Fridman, die zich vanaf het begin van de oorlog in Oekraïne heeft opgeworpen als fel tegenstander van de Russische inval. Ze kon niet wachten of zwijgen en kwam in actie om Oekraïne steun te bieden bij de humanitaire crisis die het gevolg zou zijn. Haar niet aflatende pogingen om benefietconcerten te organiseren voor de Oekraïners, zijn ronduit gevaarlijk voor haar familie in Rusland. Alleen haar vader durfde het dan ook aan om per computerscherm in beeld te komen. Dat leverde aangrijpende gesprekken met zijn dochter op, die door documentairemaker David van Tijn ontroerend in beeld werden gebracht.
Inmiddels heeft vader Fridman Rusland weten te verlaten. Maya’ s dappere strijd voert langs steden en dorpen, musici en impresario’s, want ze heeft geen rust als ze zich niet inzet voor de goede zaak. Ze probeert onophoudelijk zoveel mogelijk musici mee te krijgen en komt in de film o.a. bij pianiste Anna Fedorova, cellist Mischa Maisky en meesterpianist Jevgeny Kissin terecht, een fel tegenstander van de oorlog, die in de United we Stand een Polonaise van Chopin speelt en met ware heldenmoed verklaart: ‘Every note I play is a bullet directed to the Russian invaders.’ United we Stand, waaraan op dit moment nog wordt geschaafd, gaat vanaf 8 december draaien in filmtheaters door heel Nederland. De film maakt duidelijk hoe muziek en cultuur ogenschijnlijke tegenstellingen overbruggen en een universele kracht ontketenen tegen cynisme, nationalisme en barbarij. Onder het motto ‘United we stand’ had de Cello Biënnale daarmee zijn statement gemaakt: No war!
Een maand later, op 20 oktober j.l., ging om 10 uur ’s ochtends, de Eerste Ronde van het Nationaal Cello Concours van start, terwijl in de hal van het Muziekgebouw de stands van cellobouwers, stokkenmakers, bladmuziek, muziekbladen en cd’s’ werden opgebouwd. Uit de al op 27 juni tijdens de voorronde in het Bimhuis uitgeselecteerde deelnemers, die twee dagen lang werken van Boccherini, Tsoupaki en Brahms uitvoerden, werden zes deelnemers gekozen – Stefano Bruno, Florianne Remme, Emma van Schadewijk, Isaac Lottman, Emma Warmelink en Celia Camacho Carmena- die op 25 oktober opgingen voor de Tweede Ronde met stukken van Beethoven, Popper, Matazumi, Saariaho en Rostropovitsj of Tortellier. Het niveau lag van meet af aan behoorlijk hoog, maar een jury moet nu eenmaal keuzes maken. Zo kwamen Emma Schadewijk, Stefano Bruno en Isaac Lottman als de winnaars uit de bus. Zij zullen vanavond op de Finale van het Nationale Cello Concours alle drie het Celloconcert van Elgar spelen met het Symfonieorkest van het Conservatorium van Amsterdam o.l.v. Sander Teepen. Alleen al vanwege dit even spannende als nuttige concours is de Cello Biënnale van groot belang voor de stimulering en ontwikkeling van nieuwe generaties cellisten (en musici) in Nederland.
Cellist Maarten Mostert, oprichter en artistiek directeur van het leukste muziekfestival van Nederland, houdt van het grote en gulle gebaar. Ondanks alle tegenslagen door corona, heeft hij ook nu weer gekozen voor een uitbundige, kleurrijke en veelzijdige programmering, die grote risico’s met zich meebrengt en een organisatie vergt waar menig impresario liever voor terug zou deinzen. Maar daar draait de inventieve Mostert zijn hand niet voor om. Met een team van trouwe medewerkers en tientallen vrijwilligers heeft hij het ook nu weer voor elkaar gekregen om alles piekfijn te organiseren. De cellotrein dendert in volle vaart door het Muziekgebouw, al om acht uur ’s ochtends staan Mostert en zijn medewerkers persoonlijk jus d’orange te persen voor de bezoekers van Bach & Breakfest, die bovendien nog koffie en een warme croissant krijgen aangereikt. Dat het daarna in de hal een ravage is van kruimels en plakkerige tafels, maakt niemand iets uit. Het wordt in no time opgeruimd en dan kan de van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat propvol geprogrammeerde dag weer van start gaan. Juist die prettige nonchalance, dat gevoel dat alles kan en mag en niets te gek of te veel is, maakt dat er steevast een geweldige sfeer ontstaat tijdens de Cello Biënnale.
Dat er dan ook nog wel eens iets mis kan gaan – zoals op 23 oktober de masterclass van Matt Haimovitz, die niet op kwam dagen omdat hij in slaap was gevallen in zijn hotelkamer, of het beneden maatse optreden van cellisten Giovanni Sollima en Mario Brunello die op het avondconcert van 25 oktober gênant en kraaienvals zaten te klooien op hun cello piccolo’s – is niet erg, omdat ze zich op andere momenten weer wel geloofwaardig manifesteren en er bovendien dag in dag uit zoveel mooie, spannende en leuke concerten tegenover staan. Niet alleen in de Grote Zaal, waar de cello zich ook een avond uitleefde in tango’s waarop het publiek mee mocht dansen, maar ook op het Cellofest in het Bimhuis waarin ‘de andere cello’ centraal staat en elke avond unieke, swingende en zingende cellisten als Stephan Braun, Abel Selocoe, Max Ilya en L.E.Jft. Nesrine de scepter zwaaien. En dan zijn er nog kinderconcerten, het reusachtige kinderorkest-gebeuren Hello Chello, de Students around the world – programma’s met jonge cellotalenten uit alle windstreken, de celloyurt op het terras van het Muziekgebouw, de masterclasses in het Bimhuis, de Cello Lounge beneden in de late uurtjes (met o.a. het Ragzza Quintet) en de Let’s Talks- gesprekken van Mirjam van hengel in de Kleine Zaal….
Op het fascinerende middagconcert op 20 oktober door het Polish Cello Quartet, die met hun prachtig gespeelde bewerkingen van pianostukken van Chopin voor strijkkwartet lieten horen hoeveel kleuren en verhaallijnen zich kunnen ontsluiten wanneer je de pianowerken als het ware openbreekt en anders maar wel stijlvol ‘inkleurt’. Dat dit strijkkwartet minstens zo indrukwekkend moderne stukken van o.a. Alexandre Tansman kan spelen, bleek diezelfde avond op het gevarieerde Openingsconcert The Cello Moves, waarop de Franse topcellist Jean-Guihen Queyras, artist in Residence van de Cello Biënnale en van meet af aan nauw bij het festival betrokken, niet alleen de Anner Bijlsma Prijs kreeg uitgereikt, maar ook een ingetogen vertolking ten beste gaf van Brittens Suite nr. 2, waarbij zijn zoon ter plekke een doek schilderde dat wel iets weg had van de ‘action paintings’ van Gerhard Richter. De meningen over deze samenwerking tussen vader en zoon waren verdeeld, want de zoon trok met zijn weinig overtuigende penseelstreken, die niet of nauwelijks aansloten bij de lijnen in de muziek, alle aandacht weg van de prachtig spelende vader. En daar kunnen echte muziekfanaten doorgaans niet zo goed tegen. Heel mooi speelden celliste Larissa Groeneveld en pianiste Ellen Korver diezelfde avond het in opdracht van de Cello Biënnale en het Fonds voor Podiumkunsten geschreven Behind the Moon van Caliope Tsoupaki. De dans van ReineLoubana op muziek van o.a. Goebaidulina en Tsintsadze door cellist Ketevan Roinishvili en accordeoniste Renée Bekkers was een beetje vaag door gebrek aan verhaallijn en te veel existentialistisch ‘gesuggereer’, maar er werd wel goed en muzikaal gedanst.
Vanaf dat moment sprak het thema van de Cello Biënnale ‘The Cello Moves’- oftewel: de cello ontroert en brengt alles in beweging – dag in dag uit tot de verbeelding voor de vele bezoekers die het Muziekgebouw bestormden. Overal naartoe gaan is onmogelijk, dus als celloliefhebber moet je keuzes maken en dat is niet altijd makkelijk, omdat er soms dingen tegelijk plaatsvinden die je allebei had willen zien. Zoals het multiculturele concert Beyond Thrace van Jean-Guihen Queyras en zijn Iraanse en Griekse zielsverwanten in de Grote Zaal, terwijl de in mijn optiek meest getalenteerde en muzikale topcellist van dit moment, de Oostenrijks-Iraanse wereldster Kian Soltani die speelt als een gepassioneerde engel, op hetzelfde moment een masterclass in het Bimhuis gaf. Ik koos voor de masterclass en kreeg geen spijt, want de integere Soltani leefde zich in alle eenvoud en bescheidenheid in in het spel van zijn leerlingen en bracht wonderen tot stand, waarbij je en passant ook inzicht kreeg in zijn eigen nobele muzikale maatstaven en hyperintelligente benadering van de muziek. Alle bezoekers van de masterclass kregen spontaan een glimlach op hun gezicht. Het is ondoenlijk in een recensie alles op te sommen wat tot nu toe indrukwekkend, grappig of de moeite waard was, maar bijzonder was onder meer op 22 oktober de wereldpremière van het door Leonhard Elschenbroich en het Nederlands Kamerorkest met warmte en toewijding uitgevoerde Tweede celloconcert van Willem Jeths, dat in zijn onderhuids sluimerende maar steeds haperende romantiek de indruk wekte alsof Jeths eigenlijk Elgars Celloconcert had willen schrijven.
De avond daarop maakte Jean-Guihen Queyras zijn grote droom waar, door met het Residentie Orkest o.l.v. Otto Tausk een verpletterende uitvoering van het Altvioolconcert van Bartok te spelen, al kon zijn technische en muzikale raffinement niet voorkomen dat het schrille en angstaanjagende van dit laatste Bartok-concert in de altvioolversie nu plaatsmaakte voor het misschien iets te warme en relaxte geluid van de cello. Matt Haimovitz speelde op dezelfde avond met flair de wereldpremière van Martijn Paddings Swift Grey and Spacious-concert.
Op zondagochtend 23 oktober maakte Steuart Pincombe (inclusief enorme baard) op barokcello diepe indruk met zijn waanzinnig coherente en gestroomlijnde lezing van de Vijfde cellosuite van Bach, waarna de wereldberoemde 12 Cellisten der Berliner Philharmoniker ’s avonds hun vijftigste verjaardag vierden met een virtuoos uitgevoerd feestprogramma op de ‘gewone’ cello. Tussen beide hoogtepunten in gaf Queyras in het Bimhuis een inspirerende masterclass, waarna hij nieuwe gebouwde cello’s ging demonstreren in dezelfde zaal. Even later speelden de jonge cellotalenten Benjamin Kruithof, Ashley Bathgate en Zlatomir Fung werken van Henriette Bosmans en Kate Moore in de Grote Zaal met het CvASymfonieorkest o.l.v. Sander Teepen.
Op 24 oktober hing Giovanni Sollima op leerzame wijze de muzikale celloclown uit tijdens zijn masterclass, terwijl de Nederlandse Bachvereniging ’s avonds in de Grote Zaal met twee barokcellisten en een cello da spalla-specialist – Mario Brunelli, Steuart Pincombe en Sergej Malov – soms te snel maar altijd aanstekelijk werken van Bach uitvoerde o.l.v. Shunske Sato. Malov stal de ochtend daarna de show als waarachtig muzikale en ongekend virtuoze uitvoerder van Bachs Zesde cellosuite op de viola da spalla, die volgens hem wel eens het instrument zou kunnen zijn waarvoor Bach zijn Cellosuites heeft geschreven… Als een demonische figuur uit de Commedia dell’arte kwam Malov, die ook uitmuntend violist, altviolist en nog veel meer is, al spelend op en begon aan zijn spirituele Bach-avontuur met onverwachte diepgang. Maar zo mogelijk nóg mooier, samenhangender en diepzinniger klonk op 26 oktober de uitvoering van de Tweede cellosuite van Bach door Ella van Poucke.
Die avond stalen de coole en best groovende cellisten Annie Tangberg, Emile Visser, Svante Henryson, Nesrine en BartolomeyBittman de lichtvoetiger dansende celloshow met het geroutineerd en swingend musicerende Metropool Orkest o.l.v. Clark Rundell. De dag erop gaf ‘onze’ Ella van Poucke een masterclass die ik helaas heb gemist, evenals het concert De onhoorbare E door o.a. Asko|Schonberg en cellisten Lidy Blijdorp en Bastiaan van Halsema. Daarna speelden drie uitstekende topcellisten van de jongere generatie-Maximilian Hornung, Julian Steckel en Ivan Karizna– met Amsterdam Sinfonietta o.l.v. Candida Thompson indringende en soms beklemmende werken van Azarashvili, Thomas Larcher, Karmit Fadel Seo en Sjostakovitsj. Met name de uitvoering van het Vladimir Mendelssohn-arrangement van diens schrijnende Altvioolsonate, huiveringwekkend emotioneel en intens uitgevoerd door cellist Ivan Karizna, bezorgde veel mensen in de zaal kippenvel of zelfs tranen.
En nu zijn er nog twee dagen te gaan, met als niet te missen hoogtepunten o.a. de masterclasses van Reinhardt Latzko en Julian Steckel, Grote Vioolsonates op cello door de Franse cellisten Marc Coppey en Edgar Moreau, de theatrale balletvoorstelling Pohádka (met het Cello Biënnale Kwintet, sopraan Maria Warenberg, pianist Caspar Vos en de dansers Timothy van Poucke, Riho Sakamoto en Alexandria Marx) en vanavond de Finale van het Nationaal Cello Concours. Hoogtepunten op 29 oktober zijn o.a. het middagconcert door topsolisten Kian Soltani en Anastasia Kobekina in twee celloconcerten van Kabalevski met het Phion orkest, het Orkest van de 18e Eeuw met Sollima en Moreau, die o.a. Mozarts Sinfonia Concertante voor viool en altviool op twee cello’s spelen, waarna de Cello Biënnale traditiegetrouw eindigt in de feestelijke Cello Coupé vol grappen en muzikale verrassingen. In 2024 dendert Mosterts steevast tot de verbeelding sprekende cellotrein opnieuw door het Muziekgebouw. Iets om je nu al op te verheugen!
Wenneke Savenije
Info:
https://www.cellobiennale.nl/nl