Muze van Zuid laat zien dat Amsterdam nog steeds een culturele Vrijhaven is

Aan de monding van de Surinamerivier, Aan de baai van Havana, Aan de haven van Tarifa en De Hemelse Lier, gehoord: 12 september 2025, Willem de Zwijgerkerk, Oranjekerk en Obrechtkerk in Amsterdam Zuid

Door Wenneke Savenije

 

Een stukje geschiedenis

Het begon allemaal in de Gouden Eeuw. Amsterdam werd een vrijhaven voor internationanel handel, niet in de laatste plaats dankzij de relatief lage invoerrechten en tol, wat handelaren uit heel Europa ertoe brachthun goederen via Amsterdam te verhandelen. Toen kwamen de schepen van de VOC (1602) en de WIC (1621) in actie en daramee werd Amsterdam een wereldomspannend handelsnetwerk. Maar het geweten ging aan de handel vooraf. Al in de 16e eeuw vluchtten Joden uit Spanje en Portugal, Franse Hugenoten en andere vervolgde groepen naar de stad, die daardoor ook een ‘vrijhaven van gewetensvrijheid’ werd. De vluchtelingen mochten in Amsterdam hun eigen geloof parktiseren en synagogen, kerken en drukkerijen oprichten. Zo kreeg Amsterdam een kosmopolitische en tolerant aanzien, al waren er ook beperkingen. Zo mochten de katholieken niet openlijk kerken bouwen, maar hun schuilkerken werden getolereerd. In de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden progileerde Amsterdam zich als open havenstad, die minder gebonden was aan hofpolitiek dan den Haag. Zo trok de stad denkers, schrijvers en uitgevers aan die elders werden gecensureerd, waaronder Spinoza en Descartes. Zo werd Amsterdam de ‘drukpers vrijhaven van Europa.’

 

 

In economische zin bleef Amsterdam tot in de 19e eeuw een belangrijke vrijhaven, al nam de concurrentie van steden als Londen en Hamburg toe. In onze tijd wordt de term vrijhaven voor Amsterdam vooral gebruikt om aan te geven dat de stad als gastvrij toevluchtsoord fungeert voor minderheden, immigranten, vluchtelingen, asielzoekers, kunstenaars, ideeën en subculturen. Is dat nog wel zo, nu ruim 9,6 % van de Amsterdammers in 2023 op de PVV stemde, 4,6 % op de BBB, 11,8 % op de VVD en 6,6 % op de NSCen de stad ook aanhangers kent van FvD (1,2 %) en Ja 21(0,8), die liefst de grenzen willen suiten voor alles en iedereen die van buiten komt? In 2023 had 59 % van de Amsterdammers een migratieachtergrond (mensen die vaak al generaties lang in Amsterdam wonen), wat neerkomt op ongeveer 19 % van de totale stadsbevolking. In datzelfde jaar kwamen er ca. 9.780 asielzoekers naar de hoofdstad, wat gelijk stond aan 1,1 % van de totale bevolking. Op dit moment ligt het aandeel statushouders met huisvesting en asielzoekers zonder huisvesting in Amsterdam rond de 1,5 -2,5 % van de bevolking, afhankelijk van wie wel of niet worden meegeteld. Daar hoef je dus geen PVV of een van die andere partijen die de grenzen willen sluiten voor te stemmen al met al.

 

 

Culturele veelzijdigheid

In de Oranjekerk, waar het Andalusisch Orkest een concert geeft met Marokkaanse, Tunesische, Turkse en Iraanse muziek om het thema van muziekfestival De Muze van Zuid kracht bij te zetten, grapt oprichter en artistiek directeur Huib Ramaer:’Ik word straks nog opgepakt vanwege opruiing en het helpen van vluchtelingen.’  Dat zou zomaar kunnen want zijn muziekfestival verheerlijkt de stad als gastvrije culturele vrijhaven en sluit niemand of niemand buiten. Verspreid over concertzalen, kerken, cultuurhuizen en huiskamers in Amsterdam Zuid, heeft Ramaer van alles uit de kast gehaald om te laten horen hoe inspirend de muzikale invloed van musici en muziek uit verre landen vaak is of kan zijn, terwijl ook het vaderlandse erfgoed van de Middeleeuwen en renaissance tot aan het heden niet wordt vergeten. Zijn interesse daarbij geldt niet de politiek, maar de muzikale rijkdom van Amsterdam in heden en verleden. Het culturele landschap in de hoofdstad is zo kleurrijk en veelzijdig, dat de inwoners kunnen genieten van de mooiste muziek uit alle tijden en windstreken. En aangezien wij Hollanders zeker muzikaal gezien nu niet direct kunnen bogen op een grootse en meeslepende culturele erfenis en er bovendien veel cultuurbarbaren in Amsterdam rondlopen, is dat goud waard voor wie oprecht van muziek houdt. Gister volgde ik de Muze van Zuid op vier concerten in drie kerken: de Willem de Zwijgerkerk op de Apollolaan, de Oranjekerk in De Pijp en de Obrechtkerk in hartje Zuid. En aan het eind van de avond leek het alsof ik in één dag tijd een even boeiende als stimulerende en soms vermakelijke wereldreis had gemaakt.

 

 

Suriname

In de Willem de Zwijgerkerk gaf Ellen de Vries, schrijfster van de onlangs verschenen biografie Surinaamse Rapsodie over de Surinaamse pianiste en componiste Majoie Hajary (1921-2017), een geanimeerde lezing met uniek beeld- en geluidsmateriaal over het kleurrijke leven van deze dappere en ondernemende componiste, die door Elly Fernandez-Benjamins werd klaargestoomd om vanaf 1937 piano te studeren aan de Bachstraat op het Conservatorium van Amsterdam bij Nelly Wagenaar en compositie bij Willem Andriessen. Haar Nederlandse pleegvader Jan Mulder bedacht tijdens de oorlog een ‘Indiase podiumpresentie’ voor haar. De nazi’s moesten immers niets hebben van kleurlingen, maar hadden wel een diepe bewondering voor de Oud-Indiase cultuur. En Hajary had Hindoestaanse wortels. De truc werkte. Hajary gaf tijdens de oorlog zelfs een concert in Berlijn op 10 oktober 1943, terwijl de bommen in de rondte vlogen. Toen ze na de oorlog aan de tand werd gevoeld waarom ze dat had gedaan, werd afgezien van vervolging. Hajary trouwde met Roland Garros (bijgenaamd Moustache) die directeur werd van Air France. Ze kregen twee kinderen en reisden veel, zodat Hajary zich steeds meer op componeren begon te richten.

 

 

In haar muziek vermengde ze de Westerse klassieke muziek met Hindoestaanse, Surinaamse, Indiase en soms zelfs Japanse elementen, wat – getuige werken als de Hindostaanse Fantaisie voor piano en orkest (1943), de Surinaamse rapsodie voor orkest (1948) en haar opera La Larme d’Or (1996) over het slavernijerleden, tot fraaie en fascinerende resultaten leidde. Behalve pianiste en componiste, was Hajary ook nog vertaalster en schrijfster van boeken die doorgaans handelden over identiteit, culturele vermenging en spiritualiteit. In haar muziek probeerde ze vooral Oosterse en Westerse muziektradities met elkaar te verbinden. Lees meer over deze boeiende Surinaamse dame, die zich hevig interesseerde voor religie, filosofie en cultuur, in het onderhoudend geschreven en uitstekend gedocumenteerde boek van Ellen de Vries (zie bij info hieronder).

 

 

Ter illustratie van haar lezing speelde de Surinaams-Nederlandse pianist Roderigo Robles de Mendes met passie en flair niet alleen pianowerken van Hajary, maar ook van haar landgenoot Johan Victor Dahlberg (1915-1946), die net als zij aan het Amsterdams Conservatorium studeerde, maar helaas door zijn zwakke gezondheid al vlak na de oorlog overleed. Aan zijn uiterst krachtige en enerverende muziek, waaronder een Bachiaanse Toccata op 7, viel zijn lijdensweg als TBC-patient niet af te horen. Dahlberg had als doel het promoten van de Surinaamse muziek, waaraan hijzelf waardevolle bijdragen heeft geleverd. Robles de Mendes liet zich tijdens zijn toegift – die geinspireerd was op een schilderij met felroze bloemen van de Nederlands-Surinaamse schilderes, illustratrice en actrice Nola Hatterman, die een brug sloeg tussen Nederland en Suriname en de Nola Hatterman Art Acdemy oprichtte in Paramaribo – begeleiden door een Japanse dame op Cajon, waardoor de onstuimige ritmes van de muziek nog meer tot de verbeelding spraken. En dat al helemaal door het eveneens op roze geïnspireerde schilderij van de Bulgaars-Mexicaanse kunstenaar Boyan Montero op de achtergond, dat dienstdeed als decor bij de middagconcerten in de kerk.

 

 

Cuba en Tarifa

Daarna werd het een vrolijke bedoening in de Willem de Zwijgerkerk met het spontane, swingende en bloedmuzikale optreden door het Aires Tropicales Quintet, met Claudia Veloso Álvarez op fluit, Jorge Ruíz op hobo en saxofoon, Ninían Rodríguez op klarinet, Ramón Alejandro Márquez Ramos op fagot en Karla Hernández op hoorn. In het multiculturele Cuba ademt letterlijk alles muziek in alle genres en stijlen, zodat deze jonge Cubanen van jongs af aan werden omringd door opzwepende dansritmes en vrolijke of melancholieke melodieën. Ze kwamen naar Amsterdam om ook nog een Westerse klassieke opleiding te volgen en dat heeft hun geen windeieren gelegd, getuige het enorm hoge instrumentale niveau van deze jonge Cubanen. Interessanter is echt hun bloemuzikale inborst: ze spelen geen muziek maar zijn muziek. Bovendien hebben ze enorme flair, humor en gevoel voor theater. Het publiek werd dus vergast op een kleurrijke opeenvolging van feilloos uitgevoerde bolero’s, tango’s, malaguena’s, habanera’s, contradanze’s en ga zo maar door, waarbij en passant ook de orisha’s van het Santeria geloof muizkaal belicht werden, mengsels van jazz, klassieke muziek, Afro-Cubaanse ritmes, salsa en funk de revue passeerden uit Irakere’s beroemde album Explosion, gevolgd door delen uit de suite voor klarinetkwintet Aires Tropicales uit 1994 van Paquito d’Rivera, waarna de groep zichzelf heeft vernoemd.

 

 

Er werd in sommige stukken ook adembenemend mooi gezongen, de blazers ontpopten zich ook tot geboren percussionisten, in alle stukken werd fantastisch gespeeld en tot besluit klonk het beroemde Chan Chan van de Buena Vista Club, waarbij alle aanwezigen werden uitgenodigd vrolijk mee te swingen. Wat een feest! Daarna was het in de Oranjekerk meer meezingen dan meeswingen tijdens het bonte ‘Arabische’ optreden van het Andalusische Orkest met de ijzersterke voorzanger Dwight Breinburg en het Pauzekoor uit de Pijp o.l.v. Barbara Wessel. Vanuit de haven van het Andalusische vissersdorp Tarifa tuurde het gezelschap met muzikale ogen en een Oosters instrumentarium, waaraan de Westerse cello en de viool niet ontbraken, naar Tanger aan de Marokkaanse kust, waar de wind flarden muziek uit de omringende landen heenvoert. Met passie en gedrevenheid onthulden Breinberg en zijn musici de oorsprong van de traditionele muziek uit de Maghreb-landen en Andalusië, die al dan niet via de haven van Tarifa, al eeuwenlang Europa bereikt en ons leven verrijkt. Om uit De Alchemist van Paul Coelho te citeren: ‘Help mij.’ Zei de jongen tegen de wind. ‘Ooit heb ik in jou de stem van mijn geliefde gehoord. ‘Wie heeft jou geleerd de taal van de woestijn en de wind te spreken?” ‘Mijn hart’ antwoordde de jongen. En zo kwam ook alle muziek in de Oranjekerk rechtstreeks uit het hart en het publiek was dolenthousiast.

 

 

De Hemelse Lier

Helaas bleek het meer Westers-klassiek georiënteerde avondconcert in de Obrechtkerk, met de jonge harpster Joost Willemze en het VU Kamerkoor o.l.v. de succesvolle dirigente Krista Audere minder belangstelling te trekken. Mogelijk liet het publiek zich afschrikken door de componisten op het programma. De getalenteerde Willemze speelde het klaar om op zijn harp de galm in de kerk te trotseren, zodat deImpromptu op. 86 van Gabriel Fauré (1845-192), de Notturno opus 42 (1954) van Lex van Delden (1919-1988) en het Carnaval de Venise opus 184 (1875) voor harp solo van Félix Godefroid (1818-1897) de Obrechtkerk vulden met harpgeschal dat niet alleen hemels klonk, maar naar omstandigheden ook opmerkelijk helder en precies. Daar na zong het VU-koor onder leiding van de bijzondere dirigente Krista Audere – die onlangs werd benoemd tot artistiek leider en dirigent van Cappella Amsterdam, waarbij ze met ingang van 2028 Daniel Reuss opvolgt – sereen, zuiver en ingetogen de Psalm 96 van Jan Pieterszoon Sweelinck (1561-1621), Mille Regretz van Josquin Des Prés (ca. 1450-1455 – 1521) en Wanderes Nachtlied (1916) van Alphons Diepenbrock (1862-1921). Wonderschoon klonk Growing aginst the wind – Letter to Etty (2025), gecomponeerd ter nagedachtenis aan Etty Hillesum van Kate Moore (1979).

 

 

Daarna besloten Willemze en het koor de avond stemmig met het bijna ‘populair’ klinkende maar ook ontroerende Cantique de Jean Racine voor koor en harp van Gabriel Fauré. Op een later tijdstip zal dit concert door de Concertzender worden uitgezonden. Dit weekend staat er nog veel meer boeiende, grensoverschrijdende muziek op het programma van de Muze van Zuid, dus bestudeer het programma en geniet van de culturele gastvrijheid van Amsterdam.

Wenneke Savenije

 

 

Info:

https://www.muzevanzuid.nl/festival

 

Boek Ellen de Vries:

https://www.waanders.nl/nl/surinaamse-rapsodie.html

 

You May Also Like

Viaggio a Reims en Messa per Rossini: prachtig en soms aangrijpend spektakel in Pesaro

Hoort religieuze muziek in de kerk of is het (museum)kunst?

Twee topcellisten in één weekend in Muziekgebouw aan ‘t IJ en Concertgebouw

8e Editie van Muze van Zuid met als thema ‘Vrijhaven voor Muziek’ vandaag van start!