Maxim Emelyanychev is indrukwekkend all round musicus

Orchestre de chambre de Paris o.l.v. Maxim Emelyanychev, piano. Werken van Haydn, Mozart en Beethoven. Gehoord: Concertgebouw Amsterdam, 17 juli 2025
Door Willem Boone
Haydn solo omring door verstild orkest
Het was een originele gedachte om een orkestraal concert eens met een werk voor piano solo te beginnen, te weten Haydns Fantasie in C, Hob XVII:4. Dat is een van zijn origineelste en meest inventieve composities voor piano, waarbij hij eindeloos voortborduurt op het beginmotief. Daarmee treedt hij enigszins in de voetsporen van Carl Philip Emanuel Bach en rekent hij af met het stereotiepe beeld van ‘Papa Haydn’ die alleen ‘goed in het gehoor liggende muziek schreef.’ Het was wat vreemd dat Emelyanychev het speelde, terwijl de orkestleden al om hem heen zaten. Hij is een voortvarend musicus die van vlotte tempo’s houdt. Hij bespeelde een oud instrument: een vleugel van Patent Erard London. Het had een wat omfloerste, wollige klank, waardoor bepaalde dynamische contrasten minder duidelijk uit de verf kwamen dan op een Steinway het geval geweest zou zijn. In dit stuk speelt Haydn met stiltes: de pianist deed dat ook door op een gegeven moment heel gefocust het publiek in te kijken. Het leek er even op dat hij een bezoeker ontdekt had die hem zat te filmen of fotograferen en dat hij – zoals Krystian Zimerman dat onlangs uitvoerig deed – deze daarop wilde aanspreken. Hij richtte zelfs het woord tot het publiek, maar dat was niet te verstaan op het balkon waar ik zat. Waarschijnlijk wees hij erop hoe veelbetekenend stiltes kunnen zijn, al duurde deze wat mij betreft te lang en was het niet nodig om het publiek daarop te wijzen. Kort voor het eind deed hij dat nog een keer.

‘Authentieke’ Mozart
Na een korte onderbreking wisselde hij van rol en vuurde hij als dirigent het Parijse kamerorkest aan in het Pianoconcert nr 22 in es KV 482 van Mozart. Zeker het eerste deel hiervan is feestelijk en bijna martiaal van karakter, dat goed werd getroffen. Het ensemble is een modern kamerorkest dat op moderne instrumenten speelt. In dat licht bezien kon je je afvragen waarom er voor een oud instrument gekozen was. Hoewel deze Erard geen groot volume produceerde, was het goed te horen, wat soms bij oude vleugels een probleem kan zijn. Ik herinner me dat Andras Schiff een paar jaar geleden met het Orchestra of the Age of Enlightenment het Derde en Vierde pianoconcert van Beethoven speelde op een authentiek instrument van Graf dat halverwege de zaal al nauwelijks meer te horen was. In dat opzicht waren er nu geen problemen met de balans en misschien was het zelfs wel een goede keuze om voor een authentiek instrument te opteren, omdat er nu in elk geval geen sprake was van schaalvergroting. Dat is dan weer een risico dat op de loer ligt wanneer je Pianoconcerten van Mozart op een moderne Steinway met een modern (kamer)orkest speelt.
Emelyanychev trok aandacht niet op nadrukkelijke wijze naar zich toe, maar soleerde als primus inter pares. Dat deed hij op fijnzinnige wijze, al waren er soms kleine eigenzinnigheden, zoals niet door Mozart voorgeschreven tremoli tijdens de orkesttutti. In het eerste deel traden de blazers, die een prominent aandeel in veel van Mozarts pianoconcerten hebben, niet erg op de voorgrond. In het Andante waren zeker de fluit en fagot beter te bewonderen, de intonatie van de hoorns was daarentegen soms onvast.
Het afsluitende allegro klonk levendig en ook hier viel het ongehaaste spel van de solist op. Het is bewonderenswaardig hoe iemand die toch voornamelijk als dirigent optreedt zo technisch gaaf kan spelen. Qua begaafdheid doet hij aan dirigent Lahav Shani denken die naast dirigent ook voortreffelijk piano en contrabas speelt. Emelyanychev is naast dirigent ook klavecinist, pianist en hij speelt slagwerk. Je vraagt je af waar zulke musici de tijd vandaan halen om zoveel zaken zo goed te doen of zou het zo zijn dat ze hun tijd efficiënter indelen dan veel andere musici?

Afgestofte Pastorale
Na de pauze keerde hij terug in de rol die hij meestal vervult, die van dirigent. Zijn bewegingen deden aan die van een danser denken en ook hier viel zijn voortvarende aanpak op, zodanig zelfs dat het etempo van het eerste deel misschien wat hoog voor een Allegro ma non troppo lag. Het stoorde echter niet en zorgde voor een frisse benadering van Beethovens overbekende noten. Dirigent en orkest ontdeden de muziek als het ware van een laag stof. Ditmaal kwamen de blazers beter uit de verf dan tijdens de begeleiding van Mozart. In het tweede deel speelden de strijkers met dempers, wat de indruk wekte van personen die fluisterden. Opnieuw deed het gekozen tempo voor het Andante molto moto prettig aan. Misschien heeft de dirigent wel ‘iets’ met dans, want de beweging was gedurende dit hele deel, maar ook tijdens de overige, snelle delen dansant te noemen. De orkestbezetting die in vergelijking met die van een groot symfonieorkest bijna ‘kamermuzikaal’ overkwam, kwam de muziek ten goede. De klank werd er transparant door en daardoor werd iedere vorm van zwaarte vermeden. Het een-tweetje aan het eind tussen de fluit en hobo miste bij laatstgenoemd instrument raffinement. Ook in het daaropvolgende, vlot gespeelde allegro had de solopassage van de hobo verfijnder kunnen klinken. Een bijzonder moment in deze verder zo vredige symfonie is altijd de manier waarop Beethoven het onweer vormgeeft. Emelyanychev bouwde dit mooi op, zonder in uitersten te vervallen, zo was de piccolo dit keer minder ‘snerpend’ dan je hem vaak hoort. Door de transparante klank vielen bepaalde details, zoals de ‘rommelende’ contrabassen ‘ineens’ goed op. Fraai waren het diminuendo in de strijkers en de doffe klap op de trom aan het eind. In het laatste deel, frohe Gefühle nach dem Gewitter, was de orkestklank stralend en het zorgde voor een overtuigend slot van een uitvoering waar je ondanks de overbekende muziek met andere oren naar luisterde.
Lieflijke toegift
Enigszins ongebruikelijk speelden orkest en dirigent een toegift, een deel uit de Balletmuziek bij ‘Rosamunde’ van Schubert. Het werd lieflijk gespeeld en ook hier trof de aangename puls in de muziek. De reprise van het hoofdthema klonk nog zachter en deed – heel toepasselijk- denken aan een zomerbriesje.
Willem Boone
Info:
https://www.concertgebouw.nl/vriendenloterij-zomerconcerten