6 november 2021, Eratofestival Meppel
14.00-14.30 uur en 15.00-15.30 uur
Huiskamerlezing Thea Derks: ‘Tussen luier & afwas’
Familie Bosma, Zuideinde 47
Ter inleiding schreef Thea Derks onderstaande tekst
Tussen luier & afwas – de (on)zichtbaarheid van de vrouwelijke componist
Elk jaar opnieuw regent het rond 8 maart, internationale vrouwendag, artikelen over de ongelijkwaardige betaling van vrouwen en hun nog altijd beperkte vertegenwoordiging in prestigieuze functies. Zowel in de politiek, het bedrijfsleven, de universitaire wereld als in de kunstensector, maar het meest conservatief is misschien wel de klassieke muziekwereld.
Daar moet de vrouwelijke componist nog altijd vechten voor haar bestaansrecht. Alsof ze zelfs anno 2021 haar creatieve werk moet verrichten tussen huishoudelijke taken door. – Krijgt een mannelijke componist ooit de vraag hoe hij zijn werk combineert ‘met de kinderen’? Ondanks minuscule stapjes in de goede richting balanceert zijn vrouwelijke collega nog steeds ergens tussen luier & afwas.
Perotinus & Leoninus
Mijn eigen geschiedenis begon in een dorpje in Limburg. Ik mocht geen lid worden van de plaatselijke harmonie – omdat ik een meisje was. Toen ik later mijn eigen band begon werd het er niet beter op. Hoewel ik alle nummers schreef, stelden interviewers steevast hun vragen aan mijn mannelijke begeleiders.
Tijdens mijn hele studie muziekwetenschap kwamen welgeteld twee dames aan bod. Hildegard von Bingen werd uitgebreid behandeld, maar daarna bleef het stil. Pas in mijn latere studiejaren werd nog één lied van Clara Schumann geanalyseerd.
Tijdens concerten hoorde ik muziek van Perotinus & Leoninus, van Bach en Händel, van Mozart en Beethoven, van Stravinsky en Bartók. Alleen in de nieuwemuziekwereld klonken mondjesmaat werken van Galina Oestvolskaja en Sofia Goebaidoelina; van Kaija Saariaho en Unsuk Chin.
Toen ik bij Radio 4 ging werken maakte ik thematische programma’s over talloze onderwerpen. Maar toen ik een reeks uitzendingen wijdde aan vrouwelijke componisten werd ik meesmuilend aangeduid als ‘die van de vrouwen’. – Een omschrijving die ik dan maar als geuzennaam omarmde.
Ethel Smyth ‘beïnvloed’ door nog niet geboren Benjamin Britten
Onversaagd probeerde ik werk van vrouwelijke componisten uitgevoerd te krijgen, maar ik stuitte op een muur van onwil en vooringenomenheid. Het schrijnendst was mijn ervaring rond de opera The Wreckers van Ethel Smyth. Iedereen die ik een opname voorspeelde was enthousiast over de mooie en krachtige muziek. Maar steevast volgde de kanttekening dat Smyth wel ‘sterk beïnvloed’ was door Peter Grimes van Benjamin Britten.
Een kolderiek argument: Britten was nog niet eens geboren toen Smyth haar opera in 1906 componeerde. Sterker nog, Peter Grimes verscheen pas in 1945, een jaar na haar dood. Als ik mijn gesprekspartners hierop wees verstomden zij verbaasd. Maar het kwartje viel niet en de opera bleef onuitgevoerd. Terwijl een herontdekte tweederangs compositie van een man soms met veel bombarie wordt gepresenteerd als ‘ontdekking van de eeuw’.
Nederlandse Mannendagen en Bosmansprijs
Ook tijdens de ‘Nederlandse Muziekdagen’ klonken nauwelijks vrouwencomposities, daarom doopte ik ze de ‘Nederlandse Mannendagen’. In 2010 stierf het evenement een stille dood. Zelfs de naar de componist Henriëtte Bosmansvernoemde compositiewedstrijd werd nimmer gewonnen door een vrouw. Nadat ik dit in een column had bekritiseerd, werden ten minste enkele vrouwelijke juryleden aangetrokken. Maar pas toen in 2008 ook een publieksprijs werd ingesteld, ging die eindelijk naar een vrouwelijke componist. Na 2011 heb ik niets meer van de competitie vernomen.
Toen het Festival Oude Muziek Felix Mendelssohn eens in zijn context plaatste, klonk er geen noot van zijn zus Fanny. Zij was niet alleen Felix’ inspiratiebron en klankbord, maar ook een in eigen tijd zeer gewaardeerde componist. Hoogstwaarschijnlijk ontwikkelde zij het genre van het ‘Lied ohne Worte’, dat steevast aan haar broer wordt toegeschreven.
Na alweer een column van mijn hand werd het all-male concept ietwat losgelaten. Sindsdien klinkt er sporadisch werk van Elisabeth Jacquet de la Guerre, Barbara Strozzi, Hildegard von Bingen of Isabella Leonarda.
Moderne muziekwereld vormt uitzondering
Positieve uitzondering vormt het circuit van de moderne muziek, zoals de Donderdagavondserie van het Muziekgebouw aan ‘t IJ. In de Gaudeamus Muziekweek klinkt geregeld werk van vrouwen, hoewel de competitie zelf nog altijd wordt gedomineerd door mannen. Ensembles als Asko|Schönberg, Amsterdam Sinfonietta en Nieuw Ensemble zetten muziek van vrouwen als vanzelfsprekend op de lessenaars. Datzelfde geldt voor evenementen als Oranjewoudfestival, November Music, Sounds of Music en Festival Dag in de Branding.
Orkesten gaan inmiddels ook mondjesmaat werken van vrouwelijke componisten programmeren, maar het gaat langzaam. Dirigenten en solisten willen liever schitteren met de zoveelste uitvoering van Bruckner 7 of het Celloconcert van Dvorák, dan zich te verdiepen in voor hen onbekend repertoire van pakweg Amy Beach of Vítězslava Kaprálová.
Triest dat we zelfs in de 21e eeuw moeten vechten voor de muziek van vrouwelijke componisten. Toch zijn er de laatste tijd enige lichtpuntjes, mede dankzij de sociale media. Databases met vrouwelijke componisten uit alle tijden kunnen online worden bijgewerkt en deze informatie wordt snel en makkelijk gedeeld. De #MeToo discussie draagt tevens bij aan een grotere bewustwording rond de achterstelling van vrouwen.
Op beleidsgebied begint er ook wat te schuiven, zo volgde Mayke Nas in 2016 Willem Jeths op als Componist des Vaderlands, die op haar beurt werd opgevolgd door Calliope Tsoupaki. In 2017 won Kate Moore als eerste vrouw ooit de prestigieuze Matthijs Vermeulenprijs, die in 2021 naar Tsoupaki ging. Radioseries als de NTRZaterdagMatinee en AVROTROSVrijdagconcert ruimen sinds 2018 structureel meer ruimte in voor componerende dames.
Kleine successen waar ‘Die van de Vrouwen’ ook in de toekomst voor zal blijven vechten.
Thea Derks
Meer info en kaartjes voor de lezing van Thea Derks hier.