over-dit-nummer-5-2021

Honderd jaar geleden overleed de Franse componist, pianist en organist Camille Saint-Saëns (1885-1921) aan een hartstilstand in Algiers. Hij werd door zijn tijdgenoten bewonderd om zijn onmiskenbare talent, kennis, vakmanschap en veelzijdigheid, maar werd ook verguisd vanwege zijn vermeende gebrek aan originaliteit en vernieuwingsdrang. Werken als Le Carnaval des Animaux, Danse Macabre en Introduction et Rondo Capriccioso voor viool en orkest, doen het nog altijd goed bij het grote publiek. Maar Saint-Saëns heeft nog zoveel meer mooie stukken geschreven. In het oktobernummer van De Nieuwe Muze zoomen we in op de man en zijn muziek. Om met pianist Thomas Beijer te spreken, die Saint-Saëns portretteert in zijn Cartoon: ‘Ik had me tot nu toe nog nooit erg verdiept in de muziek van Saint-Saëns, en moet eerlijk toegeven dat ik ook de nodige vooroordelen had over zijn composities. Die waren volkomen ongegrond, zo blijkt nu. Zijn muziek loopt over van de originele ideeën, die altijd toch volkomen natuurlijk aanvoelen. Zijn melodieën zijn een schot in de roos, de een na de ander. Zijn muziek heeft iets rijks, iets guls. Tel daar een groot vakmanschap bij op – Saint-Saëns kon technisch werkelijk alles – en je beseft dat je totaal niet om hem heen kunt.’ Maar er is ook aandacht voor de Stradivarius Challenge van Janine Jansen, Le Grand Macabre van Ligeti, de legendarische pianiste Rosa Tamarkina en de eigenzinnige pianist Didier Castell-Jacomin. Nu het muziekleven weer openbarst, wensen wij u niet alleen veel leesplezier, maar ook heel veel mooie live-concerten toe!

Wenneke Savenije