Quatuor Arod speelt op topniveau

Werken van: Bach, Beethoven, Bartok en Tsjaikovski. Gehoord: Musis Stadstheater, Arnhem, 11 oktober 2025

Door Willem Boone

 

De eminente Franse filmmaker Bruno Monsaingeon zei over het Quatuor Arod: ‘Het lijkt alsof er vier Oistrachs spelen.’ Hij wijdde dan ook niet voor niets zijn film ‘Ménage à quatre’ aan dit kwartet. Het lijkt wat veel eer voor vier nog jonge musici, maar wie hen in concert (of op CD) beluistert, kan slechts beamen dat zij in de twaalf jaar dat ze ‘meedraaien’ (waarvan de laatste vijf jaar in de huidige bezetting) een uitzonderlijk hoog spelniveau bereikt hebben. Na binnenkomst zette het kwartet het publiek even op het verkeerde been: er klonk een langzame compositie, terwijl het Strijkkwartet in f opus 18 nr 1 als eerste werk geprogrammeerd stond. Was dit nou van Beethoven? Het klonk niet als een ‘allegro con brio’, maar misschien was dit een langzame inleiding van een eerdere versie? Navraag leerde dat het om een koraal van Bach ging en dat het kwartet de gewoonte had om met een dergelijke compositie een concert te openen.

 

 

Onweerstaanbare Beethoven

Daarna klonk alsnog Beethoven en het moet gezegd worden dat diens ‘eersteling’ op het gebied van strijkkwartetten direct een schot in de roos was. De componist was 31 toen hij het schreef en net als in zijn eerste sonates voor piano, piano met viool en piano met cello vielen direct de grenzeloze creativiteit en diepgang van zijn latere werken op. Het Quatuor Arod vestigde in het eerste deel de standaard voor de rest van de avond met homogeen, spatgelijk samenspel. Hier speelden vier musici werkelijk samen, die elkaar de bal toegooiden en kwamen tot een eensgezinde opvatting. Bewonderenswaardig was het spel van de primarius die weliswaar fel speelde, maar nergens de dialoog domineerde, zoals soms het geval is bij andere strijkkwartetten. De klank van dit ensemble was daarnaast buitengewoon fraai. Het ensemble trof ook de diepgang van het tweede deel, Adagio affettuoso ed appassionato,goed. De componist vertelde hierover dat hij gedacht had aan de grafscène uit Romeo en Julia toen hij het schreef. Er gebeurt al heel veel in dit deel, zoals de wijze waarop hij de melodie tegen het eind in pianissimo herneemt of de suggestieve wijze waarop hij met rusten omgaat, naast de voor hem zo kenmerkende sforzati. In het Scherzo, allegro molto klonken de attaques krachtig en de muziek liep al vooruit op latere kwartetten van dezelfde componist, zoals de Rasumovsky kwartetten opus 59. Het afsluitende Allegro was onweerstaanbaar in zijn energie.

 

 

Bartoks universum

Het mooie van dit programma was dat het drie totaal verschillende klankwerelden bood. Met het Tweede Strijkkwartet opus 17 Sz 67 van Bartok betraden we een geheel ander universum. Het ontstond in 1915-1917 en het opmerkelijke is dat het meer dan honderd jaar later nog steeds door kan gaan voor ‘moderne’, althans minder goed in het gehoor liggende muziek. Het is geen makkelijke ‘luistermuziek’ (zeker niet als je deze op CD beluistert!), maar ze wint aan zeggingskracht en uitstraling als ze live uitgevoerd wordt. Er was een tijd, zo’n veertig jaar geleden, dat er bij vrijwel ieder optreden van een kwartet een van de zes strijkkwartetten op het programma stond. Daar lijkt verandering in gekomen te zijn, want je vindt deze stukken tegenwoordig maar betrekkelijk zelden terug op programma’s. De toon van het eerste deel, Moderato, was direct wrang, bij vlagen dissonant en ’ongemakkelijk’. Ook hier was het spel van het Quatuor Arod eensgezind en hun dynamische bereik groot. Fraai was de wijze waarop het geheimzinnige slot als het ware ‘uitdoofde.’ Het tweede deel, Allegro molto capriccioso, was een echt scherzo dat in zijn wildheid deed denken aan het Allegro barbaro voor piano. Hier speelden de kwartetleden soms bijna lelijk en ritmisch sterk. Ze deden ook alle recht aan het afsluitende Lento dat intens somber, schrijnend en haast kaal aandeed. De interpretatie was intens, ook in het pianissimo en het eind met twee pizzicati waren indrukwekkend.

 

 

Pure en a-sentimentele Tsjaikovski

Na de pauze volgde er een derde klankwereld, die van de laatromantische Rus Tsjaikovski. Bij het eerste deel van zijn Strijkkwartet nr 1 in d opus 11, Moderato e semplice, viel in gunstige zin het prachtige tempo van het kwartet op, zoals zij de hele avond alle tempi zeer raak troffen. Dit was een echt ‘moderato’ en het werd gespeeld met een volle, bijna orkestrale klank. In de toelichting stond een aardig verhaal over het tweede deel, het beroemde Andante cantabile. De componist hoorde dit ooit door een timmerman fluiten toen hij bij zijn zus in Kamenka, Oekraïne op bezoek was. Het zou uitgroeien tot een van zijn grootste ‘hits’ dat in allerlei bewerkingen uitgevoerd wordt. Sommige daarvan zijn minder smaakvol doordat ze sentimenteel gespeeld worden, maar als je deze muziek – waarop ook het woord ‘semplice’ van toepassing is! – brengt zoals het Quatuor Arod dat deed, puur in zijn eenvoud en a-sentimenteel, dan is het beeldschone muziek. Het leek erop alsof de vier musici fluisterden en zelfs dat ingehouden deden door het gebruik van sourdines. Even leek het ook op een scène uit een denkbeeldig ballet. Het Scherzo: allegro non tanto e con fuoco was levendig en nogmaals met spatgelijke attaques, het diminuendo aan het eind was zeer fraai. In de Finale: allegro giusto- allegro vivace viel op hoe zonnig van karakter deze muziek is: er lag als het ware een soort warme gloed over de noten. Op zo’n moment vergeef je de componist dat de muziek wel wat repetitief is. Kort voor het eind was er nog een bijzonder moment: de vier musici vertraagden eensgezind voor de laatste uitbarsting. Je kunt je simpelweg niet voorstellen hoeveel uren studie deze jonge musici er al op hebben zitten om tot zo’n geweldig hoog niveau te komen.

 

 

Na het enthousiaste applaus volgde een toegift, het Menuet uit het Strijkkwartet opus 76/5 van Haydn. Het ging om een ‘springerig’ deeltje dat idiomatisch gespeeld werd. Het vormde het eind van een prachtige avond door een ensemble dat tot de allerbeste strijkkwartetten van dit moment behoort!

Willem Boone

 

Info:

https://www.musisenstadstheater.nl/nl/

https://quatuorarod.com/en/

 

You May Also Like

Overspel en keukenstress – twee opera premières

Felix en Fanny Mendelssohn Bartholdy

Zo klinkt oorlog – Iraanse première met Ensemble Musikfabrik

Orgelklanken en het geluid van lichtgolven – twee Nederlandse premières