Muzikaal vuurwerk van Lamsma en Moser in Dubbelconcert van Brahms

Vriendenloterij ZomerConcerten 2021

Residentie Orkest o.l.v. Anja Bihlmaier: Simone Lamsma (viool) en Johannes Moser (cello)

Gehoord: 28/8, 9.15 uur, Concertgebouw, Amsterdam

Ondanks de pandemie wist het traditionele zomerfestijn in het Concertgebouw, dat sinds kort onder de naam VriendenLoterij ZomerConcerten dagelijks concerten aanbiedt in juli en augustus, deze zomer toch nog ruim 31.000 geteste en gevaccineerde muziekliefhebbers te lokken met ruim 68 concerten. De gevarieerde programmering bood traditiegetrouw ruimte aan wereldsterren als pianiste Yuja Wang en sopraan Renée Fleming, Nederlands toptalent als violiste Noa Wildschut en de pianobroers Jussen en jazz- en popavonden met o.a. Danny Vera en het Metropoolorkest.

Afgelopen zaterdag leverden violiste Simone Lamsma en cellist Johannes Moser in het één-na-laatste concert van de serie een muzikale topprestatie tijdens hun fonkelende vertolking van het weerbarstige Dubbelconcert voor viool en cello van Brahms. Als een vuurspuwende tweekoppige draak ging het ad hoc duo in dit massief-lyrische, heftige en soms nukkige werk de confrontatie met het orkest aan, maar een echte ‘trioloog’ kwam niet van de grond.

Lamsma had het Dubbelconcert nog niet eerder gespeeld, maar dat was niet te merken aan haar sublieme, nobele en bevlogen vioolspel, dat regelrecht uit haar ziel ontspruit en alle noten verandert in glanzende edelstenen. Haar empathie met de norse maar genereuze Brahms was voelbaar in iedere frasering, waardoor melancholie en onstuimig temperament als het ware twee keerzijden van dezelfde medaille werden. Met dat vermogen tot empathie gaf ze zich ook over aan de wat meer geëxalteerde benadering van de Duits-Canadese cellist Johannes Moser, die het Dubbelconcert duidelijk al vaker met flair had uitgevoerd. Waar hij af en toe enigszins over-fraseerde riep Lamsma hem van nature weer tot de orde, terwijl Moser op zijn beurt Lamsma uit haar gouden kooi trok om nóg spontaner te musiceren.

 

Anja Bihlmaier, de nieuwe chefdirigent van het Residentie Orkest – en daarmee de tweede vrouwelijke chefdirigent in Nederland na de benoeming van Karina Canellakis bij het Radio Filharmonisch – opteerde bij haar eerste gedecideerde optreden vooral voor orde, ritme en perfectie, zodat ze tijdens Brahms’ Dubbelconcert de teugels nog niet genoeg liet vieren om poëtische kleurschakeringen, verrassende rubato’s, betoverende klankeffecten, enerverende fraseringen en verrassende harmonische wendingen uit de orkestpartij op te diepen. Het orkest speelde onder haar kordate leiding ritmisch precies en gedisciplineerd, zodat de solisten veel houvast aan de orkestpartij hadden omdat ze precies wisten waar ze aan toe waren. Maar de door Brahms beoogde dialoog tussen solisten en orkest bleef verborgen in de woelige baren. Mogelijk hielp het de dirigente ook niet dat het uitgedunde Residentie Orkest nog altijd op anderhalve meter afstand van elkaar moest musiceren, waardoor het samensmelten met de andere musici en met de solisten niet bepaald werd vergemakkelijkt.

Overtuigender en ook vrijer dirigeerde de op gouden hakjes opererende Bihlmaier de twee Slavische dansen van Dvorák waarmee het concert opende, waarna ze echt op dreef raakte in de opzwepende Dansen uit Galántá van Kodály, die zijn onderzoek naar de Hongaarse folklore in deze muziek heeft omgezet tot een feest voor alle zintuigen. Opmerkelijk mooi klonk de klarinetsolo, terwijl de andere orkestleden er ook steeds meer plezier in leken te krijgen. Zowel opgelucht als voldaan nam Bihlmaier het enthousiaste applaus in ontvangst.

Op 19 september a.s. wordt dit hele concert herhaald in Amare, de nieuwe zaal van het Residentie Orkest in Den Haag. Het zou zomaar kunnen dat de prille samenwerking tussen Bihlmaier en het orkest zich tegen die tijd al wat meer heeft ontwikkeld richting intensiteit, expressiviteit en waarachtige muzikale bevlogenheid.

Wenneke Savenije

 

You May Also Like

Pianist Nelson Goerner en Koninklijk Concertgebouw Orkest brengen levendige Prokofiev

Pianist Lukas Sternath: fenomenaal modern

Nederlands Kamerorkest redt volgedanste Idomeneo

Tsjaikovski’s Vijfde bij London Philharmonic ontbeert Russische ziel