In Memoriam Maria Tipo (1931-2025)
Italië rouwt om de dood van vermaarde pianiste Maria Tipo
Door Wenneke Savenije
Sensationeel
Op 10 februari overleed op 93-jarige leeftijd in Florence de geliefde pianiste Maria Tipo, de Grande Dame onder de Italiaanse meesterpianisten. Ze werd op 23 december 1931 in Napels geboren, waar ze haar eerste pianolessen kreeg van haar moeder, Ersilia Cavallo, die zelf gestudeerd had bij Feruccio Busoni. Ze vervolgde haar studie bij Alfreda Casella en Guido Agosti en won op haar zeventiende de International Piano Competition in Geneve. In 1953 sleepte ze ook de Derde Prijs in de wacht op het Koningin Elisabeth Concours in Brussel. In de jaren daarna trad ze op over de hele wereld. De critici waren vol waardering en het publiek was enthousiast, maar het meest lovend waren haar collega’s. Zo omschreef Martha Argerich haar krachtige, virtuoze en nobele pianospel als ‘sensationeel’. En Arthur Rubinstein noemde haar ‘het meest buitengewone talent van onze tijd.’ Tipo stond bekend om haar expressieve cantabile en haar verbeeldingskracht. Haar spel was kristalhelder, sereen en intens. Ze verloor zich nooit volledig in de emoties die de muziek in haarzelf opriep, maar ze wist die emoties wel op te roepen bij haar publiek.
Schoonheid als ideaal
Volgens de Italiaanse muziekcriticus Piero Rattalino was de instrumentale behendigheid van Tipo al in haar tienerjaren ongelooflijk: ‘Haar precisie was groter dan die van de vulkanische Martha Argerich.’ In zijn ogen hoorde Tipo thuis in het rijtje van de grootste Italiaanse musici, waaronder Toscanini, Michelangeli, Pollini, Accardo, Muti en Abbado. Hij karakteriseerde haar als ‘een dolende ridder, die altijd bereid is te vechten voor haar ideaal, zelfs als dit ideaal de vorm aanneemt van de Duivel. Haar ideaal is schoonheid. Er zijn andere manieren om muziek te maken, maar dit is zeker niet de minste.’ Toch verdween Tipo, die na afloop van haar concerten vol zelfkritiek zat en vaak last had van zenuwen, relatief snel weer van de grote concertpodia. Ze kreeg eind jaren vijftig een dochter, Alina, die ze als alleenstaande moeder heeft opgevoed. Heimelijk hield Tipo misschien meer van muziek analyseren en piano studeren dan van optreden, zodat ze zich steeds meer ging toeleggen op lesgeven.
Unieke stijl
De Italiaanse pianiste, die de bijnamen de ‘Napolitaanse Horowitz’ en ‘La signora Clementi’ kreeg, woonde een groot deel van haar leven in Florence. Ze gaf les aan de conservatoria van Bolzano en Florence, vanaf de jaren tachtig aan het Conservatorium van Geneve en in 2009 kreeg ze een leerstoel aan de Scuola di Musica Fiesole, waar ze zorgvuldig geselecteerde, vergevorderde pianostudenten uit de hele wereld opleidde. Dankzij haar uitstekende didactische kwaliteiten, wonnen veel van haar pianoleerlingen eerste prijzen op internationale concoursen. Na haar overlijden berichtte de Scuola di Musica Fiesole: ‘Een buitengewone artiest is heengegaan, de protagonist van een intense en gevierde concert- en opnamecarrière die zich op het hoogste niveau ter wereld heeft uitgedrukt en ons kostbare getuigenissen heeft nagelaten van een unieke stijl, gegeven door de uitzonderlijke combinatie van een wonderbaarlijke techniek en een menselijke gevoeligheid die in staat is tot oneindige expressieve nuances.’
Dol op Clementi
Tipo liet prachtige plaatopnames na. Haar debuut was een LP met twaalf Sonates van Scarlatti, die ze in 1955 in slechts 4 uur opnam. Newsweek prees het Scarlatti-album als ‘de meest spectaculaire plaat van het jaar.’ Haar opnames van Bachs Goldbergvariaties en de Sonates van Scarlatti werden bekroond met de ‘Diapason d’Or.’ Ook zette Tipo zich in voor de ‘Italiaanse’ muziek van Muzio Clementi, zowel tijdens concerten als in de studio. In een interview verklaarde ze: ‘Ik ben dol op Clementi, ik denk dat ik met hem getrouwd was, als ik in zijn tijd geboren was.’ Ze nam vijf albums op met zijn Pianosonates. Maar misschien wel het allermooiste speelde de pianiste Mozart, helder maar zangerig, met subtiele kleurschakeringen, vloeiende fraseringen en een genuanceerde dynamiek. Toen dirigent Karl Böhm haar in Napels Mozart had horen spelen, nodigde hij haar uit om naar Duitsland te komen om zijn landgenoten te laten horen ‘hoe Mozart gespeeld moet worden.’
Eerlijk en puur
Marco Riaskoff, oprichter en artistiek directeur van de Serie Meesterpianisten, die 33 jaar lang tot de beste series in het Concertgebouw behoorde, herinnert zich het optreden van Maria Tipo in zijn serie nog als de dag van gisteren: ‘Op 8 maart 1988 speelde zij Bachs Goldberg Variaties in de uitverkochte Grote Zaal, compleet met alle herhalingen. Het was een onvergetelijk recital. Ze speelde zo eerlijk, zo puur, zo zonder opsmuk. De Grote Zaal veranderde in een gewijde ruimte, iedereen zat doodstil te luisteren. Het was een van de mooiste concerten van de Serie Meesterpianisten. Tipo was ook een groot pedagoge, een fantastische lerares. De Argentijnse pianist Nelson Goerner, die deze week in Amsterdam en in Keulen met het Concertgebouworkest o.l.v. Iván Fischer het Tweede pianoconcert van Prokofiev speelt, is een van haar oudleerlingen. Hij was helemaal dol op haar. En net als Maria Tipo won ook hij in 1990 de Eerste Prijs op het pianoconcours in Geneve.’
Wenneke Savenije
Info:
Concertgebouworkest met Nelson Goerner op 12/2, 13/2 en 15/2 in Amsterdam, zie :
https://www.concertgebouworkest.nl/nl/concert/prokofjev-festijn-met-ivan-fischer