Heerlijke Rossini in Salzburger Landestheater

Nicole Lubinger, Bewegungschor und Chor

Gehoord: 21 september 2024, Salzburger Landestheater, Salzburg

Door Peter Schlamilch

 

Eigenlijk zou je een lange voorstelling, zoals Rossini’s Il viaggio a Reims, niet moeten recenseren als je, zoals ik, door eindeloze files vanaf Florence, slechts de laatste drie kwartier ervan kunt bijwonen. Maar toen ik het prachtige, kleine Landestheater dan eindelijk kon binnentreden, viel ik midden in een heerlijke, dolkomische sfeer waarin ik direct deelgenoot werd van de snelle en muzikaal hoogwaardige prestaties op het toneel en in de bak. Het publiek zat duidelijk te smullen en lachte volop, dus was ik na die helse reis meteen weer wakker: hier gebeurt iets leuks, dus zonde om er toch niet verslag van te doen! Bovendien was ik twee maanden eerder bij de Salzburger Festpiele (Clemenza en Capriccio), en dan wil je ook wel eens weten wat het ‘kleine broertje’ zoal uitspookt. En dat viel niet tegen!

 

Daniele Macciantelli

 

Leuke, mooie en verrassende momenten

Zelf ben ik absoluut geen liefhebber van Rossini’s opera’s, en ik vind ze meestal muzikaal erg onder de maat en saai, maar Viaggo, dat ik voor het eerst in mijn leven hoorde, heeft veel leuke, mooie en zelfs verrassende momenten, geheel in tegenstelling tot de oersaaie Cenerentola die ik een avond eerder in Florence zag. Rossini kan dus wél leuk zijn: het toneelbeeld van Alberto Beltrame zag er fris en vrolijk uit (hoewel de gehele avond hetzelfde, zo bleek uit de persfoto’s), de kleding van Elena Beccaro was aansprekend en inventief en ook het licht was prima, hoewel wat meer afwisseling niet erg was geweest.

 

Amber Norelai und Ensemble

 

Ongemakken en verwikkelingen

Er zijn maar liefst 15 solisten voorgeschreven in deze komische opera, die vertelt van een groep reizigers naar Reims, om daar de kroning van Karel X bij te wonen in 1825, tevens het premièrejaar van Rossini’s opera. (Karel was overigens een heel interessante, ultrareactionaire figuur die, met de steun van hoge adel en hoge geestelijkheid, Frankrijk regeerde (1825 – 1830) als een autoritaire vorst alsof er nooit een revolutie had plaatsgevonden). Het reisgezelschap strandt echter door gebrek aan vervoer en er ontstaan allerlei ongemakken en verwikkelingen.

 

Anita Giovanna Rosati

 

Extreem hoge noten

De 15 solisten doen het prima: ze banen zich met redelijk tot groot succes door hun coloraturen, en de vele tenoren (en sopranen) halen met groot gemak hun extreem hoge noten, zo op het gehoor zeker de es of de f boven de hoge c (die van de Koningin der Nacht, dus). De Koreaanse tenor Hyunduk Kim mag daarbij speciaal genoemd worden vanwege zijn aangenaam-heldere en dragende stemgeluid, hoewel zijn ‘fachgenoten’ niet veel voor hem onderdoen.

 

Ensemble

 

Ook de andere solisten zijn uitstekend: Pasquale Greco heeft, naast een volle bariton, ook een groot komisch talent, bas George Humphreys zet een zeer overtuigende Engelse Lord neer (zo overtuigend, dat het in zijn aria spontaan gaat regenen), en de Schotse mezzo Katie Coventry schittert zowel met haar prachtige stem als met haar theaterpersoonlijkheid.

 

Pasquale Greco und George Humphreys

 

Half ontkleden

De regie van de Italiaan Andrea Berard loopt soepel en is inventief, de scènes verlopen vlot en de personenregie klopt uitstekend. Dat alle personages zich voorop het toneel half moesten ontkleden, wat vooral de dames nogal kwetsbaar maakt, had voor mij niet gehoeven: een eigenlijk veel te dramatisch gebaar voor zo’n eenvoudig verhaaltje. Het idee erachter, namelijk dat iedereen bevrijd en verlicht raakt, is best aardig, maar dit moet je zangers gewoon niet willen aandoen na een voorstelling van drie uur: een te goedkoop effect. Dat de complete handeling zich op een modern vliegveld afspeelt in plaats van in een 19e-eeuws paleis stoort bij dit dramma giocoso dan weer niet: de kluchtige handeling komt ook daar prima tot zijn recht en het decor is modern maar smaakvol. Van het ellendige woke-spook is goddank nergens sprake.

 

Yevheniy Kapitula, Katie Coventry, Theodore Browne und Ensemble

 

Charmant en intiem

Het Salzburgse Landestheater is, met 700 zitplaatsen, piepklein maar uiterst charmant en intiem: voor de verbouwing, zo’n 125 jaar geleden, liep Mozart er nog rond. De zichtlijnen zijn heel kort en vrijwel iedereen zit dus boven op de handeling, wat de avond bijna ‘amicaal’ maakt, in de goede zin des woords. De acoustiek is niet overdadig, maar de zangers waren op dreef en het orkest speelde op volle kracht, uitstekend geleid door eerste Kapellmeister Carlo Benedetto Cimento, die met prettige en duidelijke slag dirigeert en de scènes vlot laat doorlopen, daarbij de zangers nooit uit het oog verliezend. Hij vertrouwde me na afloop toe dat hij minimaal 80 procent van de recitatieven had geschrapt, wat bij Rossini natuurlijk een uitstekende keus is, wil je niet sterven van verveling. Het orkest speelt goed en voluit, is zeer aanwezig (soms mag het ietsje minder), ondanks de kleine, Mozart-achtige bezetting.

 

Nicole Lubinger und Bewegungschor

De voorstelling wordt nog tot 22 november 2024 gespeeld, en is van harte aan te raden voor wie in de buurt is, hoewel er nog premièren van Freischütz (gespeeld in de grotere Felsenreitschule), Hänsel und Gretel, Martha en Salieri’s Il mondo alla rovescia op het programma staan, die vast ook mooi worden.

Peter Schlamilch*

 

* Van huis uit zanger en dirigent, ontwikkelde recensent Peter Schlamilch een grote liefde voor de opera. Tijdens zijn muzikale opleiding assisteerde hij vijf jaar de Italiaanse dirigent Claudio Abbado (1933-2014), waarbij hij o.a. nauw betrokken was bij de uitvoering van de opera Elektra van Richard Strauss in Salzburg. Voor De Nieuwe Muze bezocht Schlamilch deze zomer een aantal belangrijke operafestivals in Europa en schreef daar recensies over. Dit is het vijftiende verslag vanuit Salzburg (Il Viaggio a Reims)

 

 

Info:

https://www.salzburger-landestheater.at/de/start/index.html

You May Also Like

Katia en Marielle Labeque in magische en holle muziek

Napels – Elektra verzuipt in trage tempi

  Nikola Meeuwsen benadert Mendelssohn als fijnzinnige kamermuziek

Wereldpremière Techno IV – Concert voor Piano en Orkest van Karen Tanaka